De laatste dag van die erge ijzel van 2010 moest ik
nog even papieren naar het Middelheim ziekenhuis brengen om daarna de dochter
van school af te halen. Die plannen werden doorkruist door een lelijke val toen
ik op de ijspiste die het voetpad was probeerde te stappen. Ik kwam tussen twee
geparkeerde auto’s terecht, zag dat mijn enkel in een rare hoek stond en wist
meteen, dit is niet goed.
Mijn eerste bekommernis was van dat ijs komen want het
werd al snel koud dus kroop ik tot bij mijn handtas die even verderop lag om
daar op te gaan zitten. In plaats van mijn gsm te nemen en zelf een ambulance
te bellen begon ik dan maar luidkeels om hulp te roepen, die gelukkig snel kwam
en omdat de ambulance maar net de deur uit moest was ook die snel ter plaatse.
Eenmaal op spoed werd er door artsen en verpleegkundigen
naarstig naar een ader gezocht om te prikken, die ze jammer genoeg niet vonden.
Ondertussen begon de tijd te dringen, want die enkel moest gezet worden, dus werd
er besloten om mij met lachgas te verdoven. Lachgas, verdoven? Ja, dat zal wel,
ik vond er helemaal niets grappigs aan! Ik leek wel dronken en hoorde mezelf,
alsof ik in een grote bubbel zat, minutenlang heel de afdeling bij elkaar
brullen.
Maar voor die voet werd gezet liet ik nog even snel dit
ongelukkig berichtje na op de voice mail van de dochter: ‘Dag meisje. Ik kan je
niet komen halen want ik zit op spoed en moet een kleine ingreep ondergaan,
niets ernstig, je hoeft niet ongerust te zijn. Ik zie je dan wel binnen enkele
dagen.’
Hihi!
BeantwoordenVerwijderen